De moeder aller partituren, wie durft haar nog te beroeren? Ze is een mausoleum van schoonheid, een versteend monument, ja zelfs een van de weinige zekerheden in het leven. Want sinds jaar en dag prijkt Bachs ‘Mattheuspassie’ bovenaan Klara’s jaarlijkse top 100 en het ziet er niet naar uit dat daar in het eerstvolgende decennium verandering in komt. De piëteit, de verheffende macht der harmonie, dat afgebakend metrum dat een perfecte tijdsbeheersing benadert, … In welke muziek komen de muzikale parameters zo fantastisch samen en vormen ze een even krachtige en troostende reflectie op de tragisch-menselijke conditie? Zij die beweren dat het idioom van de ‘Mattheuspassie’ verouderd is hebben natuurlijk gelijk, maar dat construct van solistenstemmen, een verteller, koor en orkest, opgedeeld in aria’s, recitatieven, koren en koralen, is simpelweg deel geworden van de traditie. Zeggen dat de passie tegenwoordig niet meer actueel is en dus onmogelijk als natuurlijk kan ervaren worden, is kortom verkeerd. Wie affiniteit heeft met Bach, met de vormstructuren uit de 18e eeuw en met het schijnbaar uit een edel metaal gehouwen Duits waarin gezongen wordt, hoeft zich geenszins te bekommeren om de datum waarop het werk zijn première beleefde. Hoe zou een partituur immers kunnen verouderen en relevantie verliezen wanneer ze met grote regelmaat uit de kast wordt gehaald en nieuw leven wordt ingeblazen? Een leven dat telkens weer wegkwijnt terwijl Christus zijn kruisweg aflegt, om finaal te stranden in een collectief transcenderen dat al zo vaak voor cerebraal vuurwerk en het gevoel van een afgeklemd middenrif heeft gezorgd, en dat ongetwijfeld nog vele jaren zal doen.

Is het vanzelfsprekend dat een meesterwerk als dit nooit zijn glans verliest? Zeer zeker niet. Tot op heden waren er de referentie-opnames van mensen als Nikolaus Harnoncourt (Warner Classics) en Philippe Herreweghe (Harmonia Mundi), die allebei het devote karakter wisten uit te benen tot louter een hartverwarmende ervaring overbleef, waarbij de rillingen tegelijk over de rug van de luisteraar liepen. Wie heeft aan zoveel klasse nog iets toe te voegen? Alleen een beeldenstormer als René Jacobs: iemand die de heilige klanksculptuur die Bach schreef niet braaf wil afstoffen, maar haar elementen door elkaar haalt, van plaats verwisselt en er simpelweg een nieuwe, drastisch gewijzigde compositie uit naar boven haalt. Veel meer dan bovenvermelde collega’s heeft Jacobs een achtergrond in het operawezen. Tragedies noch komedies hebben geheimen voor hem, hij weet hoe hij met een grote groep mensen moet werken en over een overkoepelende boog moet men hem niets meer vertellen. Dat laatste aspect is niet te onderschatten wanneer het om de ‘Mattheuspassie’ gaat: al te vaak blijkt deze klassieker in uitvoering een behoorlijk lange zit, waarvan de hoogtepunten zich voornamelijk in het tweede deel lijken te situeren. Het is slechts een van de traditionele indrukken die Jacobs met zijn lezing volledig uitwist: vanaf de eerste noot – of  eigenlijk al wat daar voor komt, met name de heilige stilte die aan de ganse trieste geschiedenis voorafgaat – tot en met een slotakkoord verpletterend in zijn sereniteit, ontspint Jacobs een historie die men tot op heden integraal onverteld zou kunnen wanen. Hoe hij dat doet? Onder meer op basis van historisch onderzoek naar de opstelling van het koor en het orkest, hetgeen ontzettend veel zegt over hoe de muziek puur retorisch in elkaar zit. Hoe alleen al een opstelling, met in de opnamestudio daadwerkelijk aandacht voor de afstand tussen beide koren, kan leiden tot een veel grotere emotionele onmiddellijkheid in muziek…

Mogen vijf sterren discutabel zijn? Diegene die aan deze opname worden toegekend, zijn dat tot op zekere hoogte. Betekent het volle pond binnen de klassieke muziek immers niet dat het gaat om een lezing zoals er nog nooit een geweest is? Dat is een optie. Een andere is echter dat het uitdelen van een dergelijke score een morele verplichting betekent voor de lezer en liefhebber, en zo is dit waarde-oordeel ook bedoeld. Klinkt het ‘Erbarme dich’ onder menig dirigent alsof een engel komt neergedaald uit het wolkendek, dan maakt Jacobs er de zuiverste menselijke uitroep van – niets geen contra-tenor, maar een vrouwenstem met body! Hij vermijdt het efemere en ruilt het in voor een down to earth-karakter dat in deze muziek bijzonder desoriënterend werkt. Kinderstemmen, een RIAS Kammerchor dat met Bach lijkt te zijn opgegroeid en vooral Jacobs’ keuze voor solisten die het niet zelden in de operawereld al er goed deden: ze tonen aan dat, wanneer het gaat over al wat menselijk is, het profane en het religieuze helemaal niet zo ver uit elkaar liggen. Is Johannes Weiser al bij al geen solide en toch zeer intense Jezus, en Werner Güra geen evangelist die vanaf zijn intrede op sleeptouw neemt? Jacobs’ beweging, die in het goddelijke graaft naar het humane, tilt Bachs meesterwerk naar het platform waar voorlopig Beethovens negende op eenzame hoogte staat. Verbroedering via leed, is dat geen ideaal dat mensen naar concertzalen stuwt – het verlangen naar solitaire ervaringen die, zoals Scriabin zei, een collectieve dimensie krijgen? Als eenzaamheid de gemene deler is der mensheid, dan heeft Jacobs hiermee het bindmiddel dat intermenselijke warmte heet in klank weten om te zetten. Misschien zullen sommigen blijven zweren bij Herreweghe’s worp naar stilstand tot in de eeuwigheid of Harnoncourts gewetensvolle authenticiteit, maar dat maakt Jacobs’ ‘Mattheuspassie’ in geen geval tot een overbodige ontdekking. Is het slotkoor hier te overdadig, wordt de Akademie für Alte Musik Berlin te wild aangestuurd, klinkt het koor bovenmatig extatisch-religieus (alleen al de uitroep van het volk, dat de vrijlating van Barabas eist, is ronduit ijzingwekkend!), zijn de koralen overdreven deemoedig, de solisten ontketend? Misschien. En toch. Soms, heel soms, is anders ook gewoon beter. In geval van deze overigens piekfijn gedocumenteerde en uitgegeven dubbel-cd, die van interessant video-materiaal dat inzage geeft in het creatieproces vergezeld gaat, is dat het geval.

Meer over Johann Sebastian Bach


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.