Stilstaan is achteruitgaan. Dat weet ook Bertrand Flamang, organisator van zowel Gent Jazz als Jazz Middelheim. Vorig jaar werd in Gent voorzichtig een tweede podium uitgeprobeerd. Dit jaar programmeert het festival er meteen ook een paar opzienbarende namen, waaronder (trompettist) Avishai Cohen, Dans Dans en Julia Holter. Jazzpuristen mogen vloeken zoveel ze willen, maar wie een bredere muzieksmaak heeft, kan ook deze editie minstens een handvol concerten vastpinnen om naar uit te kijken.

Stemmen aan de aftrap

LABtrio (foto: ZOOB)
LABtrio (foto: ZOOB)
Het is een gewoonte die ze in Gent waarschijnlijk niet snel zullen laten varen: de aftrap laten verzorgen door talent van eigen bodem, is er inmiddels een traditie geworden. Halverwege de namiddag mag het piepjonge JUKWAA op het alternatieve podium (de Garden Stage) de aftrap geven. Geen slaapverwekkende, fletse standards voor dit pianotrio, wel tegendraadse experimenten van een stel jonge zoekers. Evenzeer jonge en toch al verrassend rijpe muzikanten geven daarna de aftrap op het hoofdpodium, met name die van het LABtrio. Vorig jaar liet die groep nog van zich horen met ritmisch opwindende sets op de Garden Stage. Dat Bram De Looze, Anneleen Boehme en Lander Gyselinck inmiddels promotie maakten richting main stage, zal dus niemand verwonderen. Vervolgens is het terug overschakelen op het tweede podium, waar Zara McFarlane haar bevallige mix van jazz en popinvloeden tentoon zal spreiden. Haar passage op Jazz Middelheim twee jaar terug was niet de meest memorabele van die jaargang, maar sympathie kon het publiek toen absoluut voor haar opbrengen. Met Kellylee Evans wordt ook op het belangrijkste podium trouwens ingezet op zang. De Canadese brak door met een ode aan Nina Simone: niet getuigend van veel lef, wel van een onverzettelijk stemgeluid. Ondertussen brak ze door met een aantal jazzy covers van onder meer Stromae en Kayne West. Haalt ze die live boven, dan zal het vooral uitkijken zijn naar wat haar band tegenover haar stem kan plaatsen. Te hopen valt dat het geen al te onpersoonlijke improvisatierondjes worden. Zou dat wel het geval zijn, dan nog moet er echter niet getreurd worden. Met Bobby McFerrin neemt immers niet zomaar een tienvoudig Grammy-winnaar bezit van het podium. Show verzekerd met een stemkunstenaar en publieksmenner als hij, iemand die schijnbaar niets liever ziet dan lachende gezichten in het publiek. Zijn laatste album voor Sony, ‘SpiritYouAll’, neemt spirituals als uitgangspunt. Dat McFerrin met die lange traditie een humoristisch loopje zal nemen, staat buiten kijf. Aan respect ontbreekt het hem evenmin, maar of daarmee een onvergetelijk concert kan klaargestoomd worden, zal vooral van McFerrins doortastendheid op het moment zelf afhangen. De hoofdvogel is met voornoemd prijsbeest bovendien nog niet afgeschoten. De all star-band bestaande uit Manu Katché, Richard Bona, Eric Legnini en Stefano Di Battista maakt immers pas zijn opwachting tegen half elf. Twee jaar terug speelde het gelegenheidskwartet zich te pletter op Jazz à Marciac, waarna de vier besloten een zomertournee te ondernemen. In België voert die uitsluitend langs Gent Jazz. Geheel in de lijn van de andere concerten op de openingsdag – op dat van het LABtrio na – wordt het allicht een set van warm en vriendschappelijk samenspel. De vier muzikanten willen elkaar vooral vinden, niet het vuur aan de schenen leggen. Uiteraard geen reden tot paniek, want met Katché en Di Battista moet niet gerekend worden op saaie keuzes. Of avonturiers er warm voor zullen lopen is een andere vraag, maar wie een concert graag harmonisch in kannen en kruiken gegoten ziet, moet zich verheugen op dit slotconcert van de openingsdag. Die wordt op de Garden Stage trouwens feestelijk besloten met Black Flower, een exotisch en Ethiopisch geïnspireerd kwintet rond Nathan Daems. Tot en met zondag 13 juli toeteren zij het publiek telkens vrolijk van het terrein af. Ligt het concert in de lijn van wat ze eerder al in en rond het Gentse lieten horen, dan mogen de stoelen gerust aan de kant om dansers de gelegenheid te geven even uit de bol te gaan.

Folklore, folklore, power en folklore

Ibrahim Maalouf (foto: Denis Rouvre)
Ibrahim Maalouf (foto: Denis Rouvre)
De winnaars van Jong Jazztalent Gent 2013 geven dit jaar niet het startschot, wel laten ze zich op de tweede dag horen en zien. Het eigenzinnige OakTree, niet te verwarren met het gelijknamige (elektronische) eenmansproject van Antwerpenaar Adriaan de Roover, sleepte vorig jaar de onderscheiding in de wacht. In Gent krijgt het trio van Sarah Klenes (zang, percussie), Annemie Osborne (cello, zang) en Thibault Dille (accordeon, percussie, zang) gezelschap van Tcha Limberger, Michel Massot en Kristof Hiriart – stuk voor stuk mensen die er niet voor terugdeinzen om met simpele ideeën aan de slag te gaan en schijnbaar grote tegenstellingen uit te proberen. Geen afwerkte product, maar een laboratorium op het podium: het wordt een vrijdag die niet al te evident van start zal gaan. Vervolgens is het de beurt aan Tigran Hamasyan. Vorig jaar was de Armeense pianist nog artiest in residentie op Jazz Middelheim, elf maanden later stelt hij zijn Shadow Theater aan Gent voor. De man gaat er op het gelijknamige album (dat vorig jaar verscheen) meermaals hevig tegenaan: vanuit quasi ambient-karakters bouwt hij met stem en klavier op richting regelrechte punch jazz, als die term al bestaat. Kortom geen concert voor doetjes. Wat dan volgt, is een van de passages waarmee deze jaargang zich manifest van de voorgaande kan onderscheiden. Binnen het kersverse TaxiWars reiken saxofoonwonder Robin Verheyen en dEUS-frontman Tom Barman elkaar de hand. Welke muzikale brij dat duo precies zal bereiden is nog niet gekend, maar met Nicolas Thys op de bas heeft het kwartet er in ieder geval een derde klassebak bij. Het groentje zit aan de drums: hij heet Antoine Pierre en moet zijn 22ste verjaardag nog vieren. Dat hij een band in het gelid kan houden, daar maken onder andere Jean-Paul Estiévenart en Toine Thys geen geheim van. En die spreken allebei uit ervaring. De Libanese trompettist Ibrahim Maalouf treedt die dag als laatste aan op het hoofdpodium. Zijn meest recente album ‘Illusions’ werd duidelijk tot in de puntjes geproducet. Tal van effecten en een wat gladde totaalklank maken het moeilijk te voorspellen wat deze band in levende lijve te bieden heeft. Hoe dan ook is Maalouf iemand die Arabische invloeden moeiteloos kan transponeren in melodisch aanstekelijke en zeer toegankelijke arrangementen voor een grote bezetting. Zijn gevoel voor ontwikkeling en expansie zou best wel eens vonken kunnen geven. En ja, hetzelfde geldt voor trompettist Avishai Cohen. Dat hij met een drummer als Nasheet Waits toch naar de Garden Stage werd verwezen, betekent alleen dat de organisatie dat tweede podium dit jaar als een volwaardige aanvulling op het eerste beschouwt. Met bassist Yoni Zelnik als derde en laatste lid heeft Cohen vooral een hechte eenheid voor ogen, die op drie verschillende uren mag zien te bewijzen waarom dit meer bescheiden podium eigenlijk een maatje te klein voor hen is.

Broos, elektronisch, of liever in groot formaat?

Nog meer Belgen om trots op te zijn nemen op zaterdag 12 juli een aanvang. 3/4 Peace, een trio van Ben Sluijs, Brice Soniano en Christian Mendoza, bracht op El Negocito een intelligent en breekbaar debuut uit, dat nog altijd twinkelt in de oren. Dat hun broze klankstructuren een groot podium krijgen, is niet meer dan terecht. Voor de hand liggend is hun onderlinge instrumentale verstandhouding niet, maar eenmaal de luisteraar mee wil gaan in het universum van de drie, dan openbaart zich een zeer nauwgezette communicatie waar veel uit te halen valt. Stoom afblazen kan vervolgens met Mehliana, een ontmoeting tussen toetsenist Brad Mehldau en drummer Mark Guiliana. Elektronische franjes en Fender Rhodes vonden hun weg naar hun debuut ‘Taming the Dragon’, een album dat goed op weg is een van de revelaties van 2014 te worden. Stelt dit duo een wonderbaarlijke klankwereld samen met amper een handvol instrumenten, dan kiest de organisatie vervolgens voor het grote geweld. Darcy James Argue’s Secret Society is een bigband zoals er de laatste jaren maar weinig het licht zagen. De jonge dirigent en bandleider moet het niet hebben van de excessen, wel van een opzienbarende feeling voor combinaties die werken. Hij stampte de laatste jaren een aantal bands uit de grond, waarmee hij vaker wel dan niet lovende kritieken oogstte. En waarom zou Gent een uitzondering zijn? Aan dat jeugdig kabaal had het festival om het evenwicht te bewaren gemakshalve een pak oude rotten kunnen koppelen, maar daarvoor bedankt de organisatie vriendelijk. Bassist Dave Holland is natuurlijk niet meer van de jongste, maar voor ‘Prism’ haalde hij de verschillende decennia jongere musici Kevin Eubanks, Craig Taborn en Eric Harland binnen. Dat zal zich zonder twijfel vertalen naar een fris en avontuurlijk geluid, helemaal zonder angst voor een duik in het onbekende. Holland heeft zijn thema’s zelfs graag behoorlijk onvoorspelbaar en Taborn is iemand die intrinsiek een arsenaal aan mogelijkheden te bieden heeft. Stond Dave Holland indertijd in de studio voor Miles Davis’ Bitches Brew, dan vervult de man vier en een half decennia later nog steeds een pioniersrol op het jazzplatform. Ook op het nevenpodium staat alles trouwens in het teken van nieuwe ontdekkingen. Gilles Vandecaveye, Kobe Boon en Simon Raman, samen Steiger, zetten kakelverse jazz in de steigers, terwijl De Beren Gieren weer heerlijk tegendraads beloven te doen gespreid over drie sets.

Jazz op een voetbalhoogdag

Op de slotdag van de eerste festivalweek wordt er ’s avonds laat een WK voetbal bedisselt. Geen ideaal moment dus om twee vedetten in dialoog te laten gaan, toch niet als men zich financieel uit de kosten wil werken. Het duo Chick Corea en Stanley Clarke zal daarom al aantreden in de vroege vooravond, met name om half zeven. Ruimschoots op tijd, zodat voetballiefhebbers de aftrap van de match van het jaar onder geen beding hoeven te missen. In Clarke’s kielzog reist overigens de Japanse pianiste Hiromi, die in 2010 nog een set speelde aan diens zijde op Gent Jazz. Ook toetsenist Chick Corea is niet lang weggeweest van de Belgische podia. Zijn laatste passages smaakten naar meer, hoewel hij deze keer de enigszins nostalgische tinten van zijn vorige aantreden mag doen vergeten. Het wordt overigens een dag die integraal in het teken staat van de lyriek. Het Joshua Redman Quartet zal zich immers in geen geval aan schelmenstreken te buiten gaan. Met deze topformatie (met Aaron Goldberg aan het klavier, Reuben Rogers op bas en Gregory Hutchinson aan de drums) trekt Redman echter niet de kaart van het eenvoudige succes. Zich goed omringen heeft immers als gevolg dat de frontman niet door de mand mag vallen en een leidinggevende rol moet vervullen. Want welke frontman wil door zijn collega’s naar de coulissen verwezen worden? Redman kennende wordt zijn set een evenwichtige mix van bloedstollende, groovende en onwezenlijk mooie momenten. Een concert dat even zal doen vergeten dat het eigenlijk een voetbalhoogdag is. Iets over de middag is het woord overigens ook aan de sax. Tineke Postma mag niet alleen haar kwaliteiten als solist, maar ook als docent illustreren. Met muzikanten van de Gentse hogeschool vliegt ze er op het middaguur al in. Echter geen gevaar voor wie die middag een stevige maaltijd heeft genuttigd: Postma heeft niet de gewoonte zich in bochten te wringen waarvan de ingewanden zich spontaan in een ongemakkelijke knoop wringen. Op de Garden Stage laat Jon Batiste & Stay Human overigens drie keer horen wat het verstaat onder “social music”. Dat is een noemer waar pianist en zanger Batiste zijn eigen muziek onder schaart. Het gaat om composities die iets teweeg willen brengen bij een publiek, dat niet tot een passieve luisteraarsrol veroordeeld zou mogen zijn. Minder delicaat dan opzwepend haalt de band alles uit de kast om een soort engagement bij hun toehoorders wakker te maken.

Hier een hartenbre(e)k(st)er, daar een rockende gitaarkoning

Niemand kijkt er nog van op dat het Gent Jazz festival in zijn tweede week naar een register schakelt dat zich breder oriënteert. Met Ludovico Einaudi verschijnt op donderdag 17 juli een mengeling van Wim Mertens, Yann Tiersen en Eric Satie ten tonele. De Italiaan brengt een omvangrijke band mee: niet om de tent op te blazen, maar om het zo stil te maken dat men tranen van ontroering op de plankenvloer moet kunnen horen vallen. Althans, dat zou de bedoeling kunnen zijn. Een ander pianowonder is de bevallige Deense Agnes Obel, daags nadien aan de beurt. Met haar single ‘Riverside’ wist ze zich toegang te verschaffen tot menig melancholisch mannen- en vrouwenhart. Ook op haar laatste album ‘Aventine’ zijn het niets dan gevoelige songs waarmee ze duizenden fans de adem benam. Diezelfde dag kijkt de organisatie overigens niet op een contrast meer of minder: BADBADNOTGOOD zette Pukkelpop een jaar terug nog drie kwartier op zijn kop, terwijl de Londense Michael Kiwanuka uitgerust van een akoestische gitaar, zijn wat treurig geschakeerde stem en uit het leven gegrepen teksten universeel liefdes- en levensleed bezingt. Van nog een ander kaliber is Dez Mona, dat die dag de aftrap geeft op het alternatieve podium. Uiteraard een band die geen introductie behoeft, evenmin als Dans Dans, die de Garden Stage die dag inpalmt. Daags voordien wordt die eer trouwens aan Julia Holter gelaten. Haar meest recente album ‘City Loud Song’ heeft de hooggespannen verwachtingen niet bij iedereen ingelost, maar voorganger ‘Ekstasis’ was een plaat om zonder meer extatisch van te worden. Behalve Ludovico Einaudi zijn het op donderdag nog IJslands hartenbreker Ólafur Arnalds (ongetwijfeld goed voor een pak emotionele songs), de Waalse Melanie De Biasio (vorig jaar nog met een bezwerend concert te gast op Jazz Middelheim en dit jaar zelfs te zien op Rock Werchter) en pianotrio Plaistow, dat goed naar de repetitieve muziek van Philip Glass en Steve Reich heeft geluisterd. Op basis van hun in 2012 verschenen album ‘Lacrimosa’ lijkt ook hier de term “bezwerend” meer dan op zijn plaats.

De ziel uit het lijf

De slotact is voorbehouden aan Charles Bradley. Ooit begonnen als imitator van James Brown wist Bradley in de loop der jaren stukje bij beetje zijn eigen naam te vestigen. Zijn concert in de AB in 2013 was geen openbaring, maar gaf de liefhebbers van zijn muziek precies wat ze wouden: intense, feestelijke soul met een funky toets. Daarvoor mag de stilistisch min of meer verwante José James de honneurs waarnemen. Vorig jaar liet de Amerikaan in ieder geval een aardig visitekaartje achter in Gent. Het kostte het publiek geen bloed noch tranen, wel liters zweet vooraleer James het podium verliet. Of hij een even geïnspireerd en intens optreden zal verzorgen, valt af te wachten. Zijn pas verschenen album ‘While You Were Sleeping’ geeft blijk van een muzikant die zich min of meer heeft geconformeerd, hoewel James’ stem vanzelfsprekend een erg herkenbare stempel blijft dragen. Daarvoor mag Gabriel Rios zijn successen van de vorige jaren overigens nog eens overdoen en nog eerder geeft Gent Jazz het vertrouwen aan Delv!s. Debutant Niels Delvaux geniet al het vertrouwen van Studio Brussel en mocht in de AB zijn aantreden maken. Gent overtuigen met zijn zomerse, eerlijke songs wordt vast geen onmogelijke opdracht. Op de Garden Stage wordt dan weer DJ GoDeviLLe herdacht. DJ Slammy, Edward Capel, Bart Maris, Filip Wauters en Giovanni Barcella staan stil bij het overlijden van René Dewever, een dj van het eerste uur die jarenlang de muziek tussen de concerten van het festival verzorgde. Op de andere dagen krijgt menig jonge band een kans op het podium in de bekoorlijke tuinen van De Bijloke. LWNS, Few Bits, Bogus en Broken Twin vervolledigen een affiche die behalve gevestigde waarden ook steeds meer inzet op muzikanten die nog een reputatie moeten opbouwen. Binnen het ontspannen festivalkader zal er dus weer een en ander te ontdekken vallen – een tendens waarmee de organisatie de lijn van de vorige jaren mooi verder zet.

Meer over Gent Jazz 2014


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.